24 augustus 2012 | 14:50 | Tekst: Marco Gorter Print Mail Houd me op de hoogte Vrijdag, tijd voor de vrimibo. Bitterballen erbij, blokjes kaas, drankje in de hand en praten met collega's over auto's. Zo ga je nog lekkerder het weekend in. Om jullie daarbij te helpen presenteren we elke vrijdagmiddag de VriMiBolide, de auto die de tongen los moet maken tijdens de vrijdagmiddagborrel. Deze week: de Lamborghini Countach! Er is een hele simpele manier om te bepalen of een auto een supercar is: hoeveel jongetjes hebben er een poster van boven hun bed. Gemeten naar deze maatstaf is de Lamborghini Countach waarschijnlijk de ultieme supercar, een hele generatie autoliefhebbers groeide immers op met deze auto aan de muur.
Begin jaren ’70 werden de eerste schetsen voor de vervanger van de Miura getekend, volgens de overlevering werd de naam bedacht door meester-ontwerper Nuccio Bertone. Countach is een uitroep in het Piëmontisch, een taal die wordt gesproken in het noordwesten van Italië. De uitspraak wordt doorgaans gedaan wanneer mannen een hele mooie vrouw zien. Blijkbaar vond Bertone het ontwerp van Marcello Gandini dus erg geslaagd. En hij was niet de enige, want toen de auto in 1974 op de markt kwam, veranderde er iets in de autowereld. Het extreem lage en hoekige dat moderne supercars kenmerkt, werd voor een groot deel gepionierd door deze auto en ook de naar boven openende “Lamborghini”-deuren zijn een Countach-vinding. Maar niet alleen het design was adembenemend, ook de techniek mocht er zijn. Eigenlijk zou er een nieuwe 5,0-liter V12 worden ontwikkeld voor de nieuwe Lambo, maar in 1974 kwam de auto toch met de 4,0-liter twaalfcilinder van de Miura op de markt. Toch was er nieuws, want de motor werd voor het eerst in lengterichting geplaatst, met de versnellingsbak voor de motor en het differentieel erachter. De eerste series Countach werd LP400 gedoopt, naar de 4,0-litermotor. Met 375 pk was de twaalfcilinder zeer potent en het gewicht was dankzij een buizenframe met aluminium koets erg laag; de originele Countach woog nog geen 1.400 kg. Later werd de motor vergroot naar 4,8-liter, maar pas in 1985 kwam het potentieel echt tot z'n recht. In dat jaar introduceerde het merk de QV, kort voor QuattroValvole, oftewel vier kleppen per cilinder. De cilinderinhoud groeide naar 5,2 liter en het vermogen naar 461 pk, waarmee de wilde stier de titel van snelste auto ter wereld weer terugveroverde op de Ferrari Testarossa.
Overigens bleef de Countach in Europa altijd trouw aan de zes Weber-carburateurs, in de VS werd de QV geleverd met injectie, maar die had slechts 420 pk. Pas met de komst van de Diablo ging Lamborghini in Europa over op inspuiting. Pas in 1987 kon je als modale autoliefhebber met de Countach rijden. Check deze nostalgische video!
